Maar wij helpen wel met wat u nodig hebt
De geleerden zijn er nog niet uit of het nummer “You Can’t Always Get What You Want” van de Rolling Stones uit 1969 een cynisch commentaar is op de jaren '60, waarin iedereen geloofde in de maakbare samenleving. Of dat het juist een filosofische benadering van het leven is: Je kunt het niet allemaal precies krijgen zoals je het hebben wil, maar soms, als je echt je best doet, kun je de dingen krijgen die je nodig hebt.
Het verlangen naar maakbaarheid, meetbaarheid en perfectie is aan het begin van de 21e eeuw meer aanwezig dan ooit. Vooral in de medische wereld lijkt het of wetenschappelijke doorbraken elke droom hebben verwezenlijkt. Als je zelf niet kunt stoppen met eten kan je maag worden verkleind, zodat je toch gewicht verliest. Als je zelf geen kinderen kunt krijgen kan je met de eicel van een andere vrouw, het sperma van een andere man en een draagmoeder toch je wens laten uitkomen. Als je gezicht niet meer bevalt, koop je gewoon een nieuwe. Er zijn dove mensen die hun gehoor terug krijgen, blinden die weer kunnen zien en zwaar gehandicapten die weer kunnen lopen. Een volledige gezondheidsutopie leeft onder de allerrijksten. Facebook topman Mark Zuckerberg en zijn echtgenote Priscilla Chan hebben zich als doel gesteld alle bestaande ziektes in de wereld te genezen, voorkomen en beheersen. Met een paar miljard aan investeringen, de hulp van kunstmatige intelligentie en bloed monitoren zou dat moeten lukken. Ook alle fondsenwervers voor nare ziekten beloven het hun donoren: als jullie maar geld geven, zorgen wij dat kanker, ALS enz de wereld uit gaan. De sky lijkt the limit in de gezondheidszorg.
Als chirurg snap ik heel goed hoe mensen met rugpijn denken. 'Mijn huisarts stuurt me naar de neuroloog, die verwijst mij naar de neurochirurg en dan wordt mijn pijn gegarandeerd weg-geopereerd'. Uit de grond van mijn hart: Ik zou willen dat het zo eenvoudig was. Maar helaas is het menselijk lichaam nog steeds niet helemaal maakbaar. Nog steeds kent het leven geheimen en problemen waarvoor geen oplossingen zijn. Regelmatig moet ik patiënten teleurstellen. Uit wereldwijd wetenschappelijk onderzoek blijkt dat één op de zeven mensen chronische rugpijn heeft en zal blijven houden. Dat heeft een evolutionaire oorzaak. Namelijk, toen de mens rechtop is gaan lopen, kwam nagenoeg het hele lichaamsgewicht op de onderste rugwervels terecht. Het gevolg is dat deze tussenwervelschijven en wervelgewrichten zeer zwaar worden belast, vooral als er sprake is van te weinig beweging of vervroegde slijtage.
In mijn derde blogartikel (“Waarom ik?”) leg ik uit dat de belangrijkste oorzaak van rugklachten genetisch bepaald is en dus in het DNA van de mens ligt. Daarnaast zijn er omstandigheden in het dagelijks leven die invloed lijken te hebben. Grappig genoeg treedt de slijtage die ik zojuist benoemde bijvoorbeeld minder snel op bij mensen die hun rug zwaar belasten. Zo krijg ik zelden een verhuizer of een bouwvakker op mijn spreekuur. Het overgrote deel van mijn patiënten heeft een zittend beroep. Blijkbaar versnelt een langdurige zithouding de slijtage van de wervelkolom juist wel.
De kernvraag is natuurlijk waarom sommige mensen met chronische rugpijn wel geopereerd worden en anderen niet. En u wil natuurlijk weten hoe een chirurg kan voorspellen bij wie een operatie succesvol zal zijn. Daarover is gelukkig wel veel bekend. Een belangrijke voorspellende factor is bijvoorbeeld het aantal afwijkingen dat de wervelkolom vertoont. Zie ik een gezonde rug met een duidelijke hernia op één plek, dan is de kans het grootst dat de been- en rugpijn zullen verminderen door een ingreep. Het allerslechtste scenario is als ik een rug zie waar meerdere tussenwervelschijven zijn versleten, het kanaal is vernauwd en de ruggewrichten door slijtage op meerdere niveaus zijn aangetast. In dat geval kan een operatie zelfs tot een verergering van de pijn leiden. Ook kan na afloop krachtverlies in een spier optreden, omdat de rug niet in staat is te herstellen. Tussen deze twee scenario’s in heb je wel meer dan 50 tinten grijs. Er is een schaal van problematiek en iedere keer dat ik een patiënt zie moet ik proberen te voorspellen hoe groot de kans is op de gewenste oplossing. Dat is het moeilijke en meest uitdagende van mijn vak: Geen twee ruggen zijn hetzelfde, geen twee zenuwen zijn hetzelfde en geen twee mensen zijn hetzelfde. Iedere rug vraagt om zijn eigen aanpak en heeft een eigen kans op succes.
In mijn spreekkamer zijn de verwachtingen van een eventuele operatie natuurlijk altijd torenhoog gespannen. Pijn is uitputtend en deprimerend en iedereen wil er voorgoed van af. Het is mijn taak om de klacht van de patiënt in relatie tot de anatomische problematiek op de foto’s zo duidelijk mogelijk uit te leggen. Vooral als ik besluit de patiënt niet te opereren in zijn belang. Het eerste spreekkamer gesprek is dan ook het allerbelangrijkste moment van de hele behandeling. Nee, helaas, de patiënt kan het niet altijd krijgen zoals hij het wil. Maar ik zal hem altijd proberen te helpen met wat hij nodig heeft. Daarvoor heb ik in beide klinieken waar ik nu werk fantastische collega's die alles weten van pijnstilling. Soms helpt het patiënten al om meer kennis over hun eigen wervelkolom te verwerven. Als je weet wat je klachten veroorzaakt en waar je aan toe bent, kun je leren de pijn te leren aanvaarden. Dat doet iedereen met zijn eigen copingmechanisme, zoals psychologen dat noemen. Ik zie vaak dat deze verwerkingsstijlen het leven met pijn draaglijker maken dan een eindeloos gevecht aan te gaan met pijn, ook al snap ik hoe moeilijk zo'n proces van aanvaarding is. Nee, je kunt nog steeds niet alles krijgen wat je hebben wil in de rugzorg. Maar soms helpt een goede communicatie tussen arts en patiënt om uit te komen bij wat je nodig hebt: een beter leven met dezelfde bestaande situatie.